IN DE MARGE VAN TOP DIGITAL: EINDELIJK CONNECTIVITEIT!

Kan een vingerwijzing als katalysator werken? Nadat het op de vingers was getikt, ontplooide ons land in elk geval ijverig de 5G- en glasvezelnetwerken. – Tony Coenjaerts

In 2014 stelde Europa een nieuwe index voor digitale competitiviteit voor – DESI, of New Digital Economy and Society Index – waarin ons land op de vijfde plaats stond. In 2022, minder dan tien jaar later, waren we naar de zestiende plaats gezakt! De redenen daarvoor waren het aantal afgestudeerden in ICT dat sinds 2016 niet meer was gestegen en slechte prestaties op het vlak van connectiviteit. In dat laatste domein waren we 27e van de 27, allerlaatste dus, met een score van 39,8% of twintig procentpunt onder het Europese gemiddelde. Bovendien haalde ons land een 5G-dekking van 4%, wat belachelijk laag was in vergelijking met het Europese gemiddelde van 66%.

Daarop haalden de telecomoperatoren alles uit de kast en het is dan ook geen toeval dat vier van hen – Proximus, Telenet, Orange en VOO – bij de vijf grootste investeerders behoren. Ze investeerden in 2022 samen 1,4 miljard euro. De vijfde investeerder is Crystal Computing – met andere woorden Google – dat in ons land sterk aanwezig is en begin dit jaar groen licht kreeg voor de bouw van drie megadatacenters in Farciennes en een zesde uitbreiding op zijn historische site in Saint-Ghislain bij Bergen.

Een miljoen objecten per km2

Eind 2021 stelde Proximus dat het binnen de drie jaar een 5G-dekking van 99% wilde bereiken. Dat was wat overmoedig. Eind dit jaar zullen ongetwijfeld de grote steden gedekt zijn, maar voor het hele land is het wachten tot 2025-2026 om dat doel te bereiken. Dat neemt niet weg dat het om een belangrijke uitdaging gaat. Door de hogere snelheid, reactietijd en connectiviteit zal de nieuwe technologie onze manier van leven en werken immers ingrijpend veranderen. Ze maakt het bijvoorbeeld mogelijk om een miljoen objecten per vierkante kilometer met elkaar te verbinden, wat tot nu toe onhaalbare mogelijkheden biedt. Daar komt nog bij dat de tien tot honderd keer hogere snelheden die 5G toelaat, de goede oude koperkabels van vaste lijnen verouderd maakt. Die moeten door glasvezelkabels worden vervangen, waar geen elektriciteit maar licht doorheen gaat. In dat opzicht vullen de twee technologieën elkaar eerder aan in plaats van elkaar uit te sluiten.

Proximus was zich bewust van de achterstand en spande zich in om die zo snel mogelijk weg te werken. Het realiseerde in 2023 om de 15 seconden een aansluiting, zodat tegen het einde van dat jaar 29% van de gebouwen op zijn glasvezelnetwerk was aangesloten, goed voor 1,75 miljoen verbonden gezinnen of ondernemingen. Het glasvezelnetwerk werd op dat moment in 147 steden of gemeenten en in de industriezones ontwikkeld. Bijna twee derde van de ondernemingen hadden toegang, net als een veertigtal partners in glasvezel en een twaalftal virtuele mobiele operatoren, aangezien het om een open netwerk gaat.

Uitbreidingen

In Vlaanderen wordt het netwerk ontwikkeld met de hulp van Fiberklaar, een samenwerking tussen Proximus en EQT Infrastructure V, één van de vele vehikels van EQT. Dat is één van de grootste private equity fondsen ter wereld, dat in 2019 door de machtige Zweedse familie Wallenberg naar de beurs werd gebracht. In Wallonië is de uitverkoren partner Eurofiber, waarvan de belangrijkste aandeelhouders het Franse Antin Infrastructure Partners en het Nederlandse pensioenfonds PGGM zijn. Samen richtten ze Unifiber op, dat zich op de matig bevolkte zones zal concentreren. In de Oostkantons ten slotte komt Gofiber in actie, een onderneming die onder de gezamenlijke controle van Ethias, Proximus en de Duitstalige Gemeenschap staat.

Telenet van zijn kant sloeg de handen in elkaar met Fluvius, de belangrijkste netwerkbeheerder in Vlaanderen, die bijna honderd Vlaamse gemeenten niet alleen van elektriciteit en gas maar ook van kabeltelevisie voorziet. Tijdens de zomer van 2022 werden Telenet en Fluvius partners om het “datanetwerk van de toekomst” uit te bouwen. Dat is vandaag in handen van Wyre, een vennootschap waarvan Telenet 66,8% bezit en Fluvius 33,2%. Wyre is de nieuwe wettelijke eigenaar van de netwerken die in handen waren van beide partijen, zodat Fluvius geen enkele activiteit als kabeloperator meer heeft. Aangezien de goedkeuring van de mededingingsautoriteit op zich liet wachten, kon Wyre zijn eerste aansluiting op de glasvezelkabel pas in juli 2023 in Mechelen uitvoeren. Sindsdien gaat het echter snel. Op dat moment beschikte Wyre immers al over 120.000 homes ducted, of woningen waarlangs glasvezelkabel kan worden aangebracht zonder dat bijkomende wegenwerken nodig zijn. Wyre wil bijna twee miljard euro in zijn netwerk investeren. In september 2023 werd Telenet vaste leverancier van de Vlaamse regering voor vaste verbindingen en virtuele telefooncentrales (cloud PBX).

Wederkerigheid

Tegelijkertijd onderhandelde Telenet met het Franse Orange over wederkerigheidsakkoorden voor het gebruik van hun vaste netwerken en glasvezelnetwerken. Een dergelijk akkoord kan echter maar definitief worden afgesloten na de overname van VOO door Orange. Eind 2021 kondigde de Waalse overheidsholding Nethys immers aan dat zij 75% min één van haar aandelen in VOO aan Orange zou overdragen. Ook daarvoor nam de Europese Commissie haar tijd, zodat de transactie pas in maart 2023 definitief rond was. Sindsdien heeft Telenet toegang tot het kabelnetwerk van VOO, waardoor het zijn activiteiten kan uitbreiden naar Wallonië en het resterende derde van Brussel (Brutélé). De akkoorden, die voor een termijn van vijftien jaar zijn gesloten, dekken zowel de bestaande hybride glasvezel-coaxtechnologie als de toekomstige glasvezeltechnologieën voor thuis in beide zones van de netwerken.

Ons andere zwakke punt is een gebrek aan deskundigen. Van de 241 knelpuntberoepen in de lijst van de VDAB vallen er meer dan 100 onder STEM (Science, Technology, Engineering & Mathematics). Van alle landen in de Europese Unie telt België het grootste aantal ondernemingen dat aangeeft moeilijkheden te ondervinden bij het invullen van vacatures met betrekking tot informatie- en communicatietechnologie (ICT). De studierichting heeft weinig aantrekkingskracht. Met 2,2% gediplomeerden in de ICT komen we nauwelijks boven de helft van het Europese gemiddelde (3,9%) uit en ondanks de inspanningen in de drie gewesten komt er weinig in beweging. Na jaren van (lichte) groei daalt bijvoorbeeld in Vlaanderen het aantal STEM-richtingen in het middelbaar onderwijs met bijna één procent tegenover het schooljaar 2020-2021.

Zeer kleine ondernemingen

Met bijna 50.000 ondernemingen blijft de sector ondanks de frequente fusies en overnames sterk gefragmenteerd: bijna 85% van de ondernemingen bestaat uit één tot vier medewerkers. Bovendien richt meer dan 99% van de bedrijven in de sector zich op diensten en handel. Qua omzet maakt de industriële activiteit er niet meer dan 4% uit. De onbetwistbare leider is Melexis, dat 90% van zijn geconsolideerde omzet (964 miljoen euro in 2023) uit de verkoop van chips aan de autosector haalt. Het bedrijf vierde in maart 2023 zijn terugkeer in de BEL-20. Hoewel de elektrificering van het wagenpark de vraag naar sensoren zal stimuleren, wil Melexis zijn activiteiten in vier belangrijke domeinen buiten de autosector uitbreiden: alternatieve mobiliteit, digitale gezondheid, robotica en duurzaamheid. In elk van die domeinen wordt elke nieuwe productcategorie als een start-up behandeld. Voor Melexis is het meest belovende domein ongetwijfeld de robotica. Daarin zou enorme vooruitgang mogelijk zijn als robots over tastzin zouden beschikken. De groep werkt eraan en ontwikkelde met dat doel Tactaxis, een tastsensor die delicate acties, zoals het plukken van fruit, mogelijk maakt.

Consolidatie

Op het gebied van diensten zijn in de loop der jaren verscheidene groepen ontstaan. De grootste is De Cronos Groep. Die belangrijke Microsoftpartner, die uit ongeveer 570 ondernemingen bestaat, realiseerde in 2022 een geconsolideerde omzet van 1,11 miljard euro, waarvan 953 miljoen in ons land.

Het heel wat internationalere Cegeka sloot het jaar 2022 af met een geconsolideerde omzet van 831 miljoen euro, waarvan het slechts de helft in ons land realiseerde. In tegenstelling tot De Cronos Groep, die jaarlijks een twintigtal dochters creëert, zet Cegeka vooral in op externe groei. Zo verwierf het in 2022 het Zweedse bedrijf Solver, dat gespecialiseerd is in data en artificiële intelligentie. In ons land nam het dan weer de CRM-specialist Avento (Mechelen) over, naast Dexmach (Temse), dat gespecialiseerd is in migratie naar de cloud. Tegelijkertijd nam dochter NSI, die op de Franstalige markt actief is, het Brusselse BuSl over. Dat laatste stelt experts ter beschikking. Met het succes van de in 2023 gestarte OPA op de Amerikaanse Computer Task Group (CTG) zou de omzet over 2024 van de Limburgse groep een hoogtepunt van 1,4 miljard euro bereiken.

Algemeen realiseerden de ondernemingen uit onze Top in 2022 een omzet van 49,6 miljard euro, een stijging met 11,7%, en een gecumuleerde winst van 3,375 miljard, een toename met 8,8% als we geen rekening houden met het verlies (2,519 miljard euro) van Telenet Group door waardeverminderingen op participaties, die echter volledig verdwijnen op geconsolideerd niveau: het nettoresultaat 2022 van de groep ligt in de buurt van een miljard euro. Alle activiteitensectoren boeken vooruitgang, behalve die van de callcenters, die het slachtoffer werden van enerzijds de door Covid veroorzaakte vertraging en anderzijds concurrentie uit het buitenland. N-Allo, een dochter van Engie, zag bijvoorbeeld zijn activiteit voor vaccinatiecentra in de tweede helft van 2022 wegkwijnen. Het in Sint-Truiden gevestigde Callexcell leed onder concurrentie uit Marokko – heel wat naar het land teruggekeerde werknemers beheersen het Nederlands perfect – en verloor een grote klant (Total- Energies) aan Ikanbi. De omzet van WEngage International steeg wel, maar de activiteit van het bedrijf is in werkelijkheid tweeledig. In 2022 was Koramic2Engage tegelijkertijd contactcenter en moederbedrijf van andere ondernemingen met dezelfde activiteit, waaronder in ons land IPG Contact Solutions, In2com en Call IT. Vanuit een streven naar optimalisering werden alle Belgische activiteiten van de groep (Koramic) in 2023 in twee bedrijven ondergebracht: één operationeel en één dat zich met de gemeenschappelijke diensten bezighoudt. Daarbij werd de nieuwe firmanaam WEngage aangenomen